Tekst

Haar bekendste werk is zonder meer het Indisch Monument. Maar Den Haag telt meer dan één sculptuur van de geboren Bulgaarse Jaroslawa Dankowa. Zo is er de brons ‘Some other spring’ van een meisje met haar handen in de lucht in het plantsoen bij de kruising Cypresstraat/Fahrenheitstraat. Misschien verwijst de titel van het beeld uit 1980 naar het lied ‘Some other spring’, gezongen door Billie Holiday. Deze songtekst gaat over een verloren liefde, met hoop op een nieuwe liefde in een andere lente. Dat zou het sombere gezicht van het meisje verklaren en haar hoopvol opgestoken armen.

Niet zo sterk gestileerd of langgerekt als de meeste van haar menselijke gestalten, is dit meisje toch een typische Dankowa. Het drukt tegelijkertijd verdriet en hoop uit. Dankowa ging het niet ‘om de fysieke realiteit van de mens, maar om de andere die erachter zit,’ zo zei ze in een interview met de Haagsche Courant van 16 oktober 1996.

Gestimuleerd door haar zuster, beeldhouwer in Noorwegen, begon Dankowa tien jaar na haar vlucht naar Nederland in 1958 haar studie aan de Vrije Academie in Den Haag. In 1963 kreeg ze een eigen atelier. Ze maakte vrij werk en voerde portretopdrachten uit. Dankowa’s koppen zijn zeer naturalistisch en geven krachtig uitdrukking aan de persoonlijkheid van haar model. Langzamerhand ontwikkelde ze een eigen signatuur. Haar werk bleef figuratief, maar is lang niet altijd naturalistisch, zoals haar vroege portretten. Lichamen zijn gestileerd en onnatuurlijk lang. Soms ging ze nog een stap verder. Zo vervaardigde ze bronzen met groepen rennende of lopende mensen. We zien alleen de spillebenen en de heupen. Het bovenlichaam is vervangen door een stok met een parasol of een vlag in top. De beelden zijn grappig, maar zeker ook ironisch bedoeld. De mens is zijn individualiteit kwijt.