Gegevens kunstwerk

Titel

René Descartes

Kunstenaar

Emile de Nieuwerkercke

Jaar

1845/1914

Materiaal

brons / steenachtig

Afmetingen

210 cm

Deelcollectie

Gemeentelijk monument

Locatie kunstwerk

Adres

Newtonplein, Den Haag

Stadsdeel

Segbroek

GPS gegevens

52.0719708834938, 4.27763706368171 Bekijk op plattegrond

Omschrijving kunstwerk

Tekst

Europa telt drie identieke standbeelden van René Descartes (1596-1650). Twee van brons en één van marmer. Twee in Frankrijk en één in Den Haag. Alledrie van de Franse beeldhouwer Emile de Nieuwerkercke. Met zijn ruiter- en standbeelden van internationale allure bracht hij de grandeur tot uitdrukking, die zijn opdrachtgevers graag zagen. Koning Willem II, opdrachtgever voor het Haagse standbeeld van de grote Franse wiskundige en wijsgeer Descartes, was dan ook een waar liefhebber van zijn sculpturen.

De Nieuwerkercke had voor hem ook het ruiterstandbeeld van prins Willem I gemaakt. Evenals bij dat beeld, betaalde de vorst het gedenkteken voor Descartes zelf en bestelde het zonder aarzelen. De opdracht verleende hij toen hij tijdens de onthulling van het ruiterbeeld in 1845 vernam dat de beeldhouwer bezig was met een standbeeld van de filosoof voor diens geboorteplaats La Haye bij Tours. Toch vond de onthulling van het beeld voor La Haye niet als eerste plaats. De stad wachtte keurig tot 1846, om te gedenken dat Descartes er 250 jaar eerder was geboren. Het Haagse beeld werd in 1845 in het nieuw aangelegde Willemspark geplaatst. De stad Tours kwam pas in 1850 in bezit van een marmeren versie. En dus had koning Willem II de primeur.

Sinds 1914 staat het Descartes-monument met op de sokkel zijn lijfspreuk ‘cogito ergo sum’, ‘ik denk, dus ik besta’ in het plantsoen aan het Newtonplein. Maar waarom Den Haag? Want hoewel Descartes tussen 1629 en 1649 in diverse Nederlandse steden verbleef om in alle rust aan zijn geschriften te kunnen werken, woonde hij nooit in de residentie. De als jurist en militair opgeleide Descartes sloot zich echter in 1618 gedurende een jaar aan bij het leger van prins Maurits. Aan deze speciale band met de Oranjes dankt Descartes ongetwijfeld zijn standbeeld in de hofstad.

Sluiten