Tekst

Vrolijk gekleurd in de primaire kleuren rood, geel en blauw in combinatie met het rustige grijs. Het zijn de ribben van de enorme kubus op het pleintje tussen de Christian de Wetstraat en de Kockstraat. Het object van beeldhouwer Flip Lambalk staat in de Haagse Transvaalbuurt. Het is een simpele vorm, waar toch iets aan opvalt.

Als je goed kijkt, blijkt dat elke hoekribbe in dezelfde kleur is geschilderd als één van de liggende ribben. Zo worden telkens twee ribben optisch met elkaar verbonden en vormen ze samen de hoofdletter L, rechtop of op z’n kop. Dit optisch effect wordt nog versterkt doordat de ribben van de basis niet helemaal gesloten zijn. Er ontbreekt aan iedere zijde een stukje. Ook kun je zo gemakkelijk de kubus in- en uitlopen, alsof het een huis is.
De kunstwerken van Lambalk zijn geometrisch abstract, maar worden ook wel met de term ‘constructivistisch’ aangeduid. Dit omdat Lambalk gebruik maakt van eenvoudige vormen en primaire kleuren. Verder is er altijd een relatie tussen zijn kunst en de omringende architectuur, ook kenmerkend voor het constructivisme. Met zijn kubus uit 1986, die in dichte vorm een ruimte zou zijn, sluit Lambalk aan bij de architecturale vormen van de nieuwbouw.

Soms is de band tussen zijn beeldhouwkunst en de bouwkunst nog nauwer en wisselen Lambalk en architect ideeën uit. Dat gebeurde in 1982 in Dordrecht, waar hij in en rond het nieuwe districtsbureau van de Rijkspolitie kunstwerken realiseerde. Hij deed dit samen met kunstenaar Bouke IJlstra. Met IJlstra schreef hij vervolgens in 1984 een totaalvisie op de beeldende kunst voor de Transvaalbuurt. Lambalk werkt graag samen met anderen, architecten of kunstenaars.