Tekst

‘In de natuurlijke situaties waarin we werken, vormt kleur (en dan met name de industrieel vervaardigde hevige kleurcoating) een contrast of een signaal dat we noodzakelijk vinden, ‘ aldus het duo Peter Jansen en Matthijs van Dam in hun publicatie ‘Environmental Sculpture’ uit 1984. Het tweehoofdige ‘ontwerpteam voor omgevingskunst’ maakte in de periode 1978-1998 een paar monumentale werken in ons land, waaronder ‘Object’, dat is geplaatst aan de Haagse Teldersweg.

Peter Jansen was van oorsprong schilder en oogstte begin jaren zestig veel lof met zijn verf- en kleurgebruik. Het strak vormgegeven ‘Object’ lijkt hiermee niet te rijmen, maar eigenlijk draaide het in zijn schilderijen ook al om het fundamentele gebruik van vorm en kleur. Een foto van een stapel lijken was vooral een motief, ‘zoals een ander een landschap of stilleven gebruikte’. Jansen werd in het midden van de jaren zestig gerekend tot de zogenoemde ‘Nieuwe Realisten’ net als Peter Struycken en Bob Bonies. Voor hen vormde elementair beeldonderzoek het belangrijkste uitgangspunt.

Veel kunstenaars in die tijd onderzochten de mogelijkheden van nieuwe media; voor hen had de schilderkunst afgedaan. Ook Jansen en Van Dam experimenteerden al vroeg met audiovisuele media en computervormgeving. Sinds 1982 maakte het duo voor complexe situaties zoals de Teldersweg gebruik van Computer Aided Design. Het ontwerp kon dan onmiddellijk worden getoetst aan de invloed van omgevingsfactoren. In dit geval was dat het langskomende verkeer. Ook werd rekening gehouden met de hoogte van de bomen en het straatmeubilair. Met simulaties werd gekeken hoe het resultaat er in het voorbijgaan onder wisselende omstandigheden uit zou zien.

Het kunstwerk bestaat uit twee ranke, driekantige diagonale kolommen, die naar elkaar neigen in een gelijke hoek. Op ongeveer 15 meter hoogte ontmoeten de zwarte diagonalen elkaar en worden ze als door een hemels zwaard loodrecht gekliefd. De kleurige snijvlakken ‘zweven’ boven het maaiveld ‘als een visueel signaal’.