Tekst

‘Verkeerde beeld’ kopte de Haagse Courant van 28 februari 1984. Het bericht maakte melding van een fout. Twee weken eerder was er gepubliceerd dat er een beeld van Charlotte van Pallandt aan de Molenbrink zou zijn geplaatst. Een beeld van een moeder met kind. Dat had de gemeente Den Haag volgens de krant meegedeeld. Het bleek een misverstand. Er waren meer beelden met hetzelfde thema en per ongeluk was de sculptuur van Peter van der Meer meegenomen.

Vermoedelijk is Van der Meers ‘Moeder en kind’ een kunstwerk dat is gemaakt onder de zogenoemde Beeldende Kunstenaars Regeling. Van 1956 tot 1987 ontvingen kunstenaars financiële ondersteuning van de overheid in ruil voor werk of diensten. Zo konden beeldhouwers eens per jaar een beeld leveren. Veel van die BKR-beelden kregen een plek in de openbare ruimte van de stad. ‘Moeder en kind’ werd geplaatst op de hoek van een grasveldje dat in deze buurt het paardenweitje wordt genoemd.

De sculptuur is een typische Van der Meer zoals er meer te vinden zijn in de openbare ruimte van Den Haag. Net als zijn leermeesters aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in de hofstad (o.a. Dirk Bus) wist hij scènes uit het dagelijks leven treffend te verbeelden. Zoals ook deze ‘Moeder en kind’. Een ranke vrouwenfiguur die haar baby vasthoudt. Een innige voorstelling die door de manier waarop Van der Meer zijn beelden maakte, extra reliëf krijgt. Zijn sculpturen zijn nooit glad afgewerkt. Dat komt omdat deze beeldhouwer zijn sculpturen opbouwde uit plakken klei of was om die vervolgens in brons te laten gieten. Zo ontstaat er een tamelijk onregelmatig oppervlak dat voor extra lichteffecten zorgt.