Tekst

Vijfentwintig jaar was Joannes van der Horst al hun pastoor. Dat vonden de gelovigen van de katholieke Onze Lieve Vrouwe Hemelvaartkerk reden voor een eerbetoon. Zij gaven Leo Brom de opdracht een bronzen Heilig Hartbeeld te maken. Op 14 juli 1929 boden zij het aan de pastoor aan. Helaas heeft Van der Horst er maar kort van kunnen genieten. Hij overleed enkele maanden later. Het Heilig Hartbeeld staat echter nog steeds op het pleintje voor de kerk.

Leo Brom was zowel beeldhouwer als edelsmid. Hij startte zijn opleiding aan de Sint-Lukasschool in Brussel en kreeg daarna les van beroemde beeldhouwers als Bart van Hove en Jan Bronner aan de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam. Samen met zijn broer en zus werkte hij in Brom’s Edelsmidse, de internationaal goed aangeschreven edelsmidzaak van hun vader. Het bekendste werk van Leo Brom is wellicht het gouden zwaard dat toenmalig koningin Wilhelmina als dank van het Nederlandse volk aan president Eisenhower schonk kort na de Tweede Wereldoorlog. De meeste opdrachten voor Brom’s Edelsmidse waren afkomstig van de katholieke kerk waarvoor de werkplaats veel edel- en siersmeedkunst vervaardigde. Daarnaast restaureerde het belangrijke religieuze gebruiksvoorwerpen.

Een Heilig Hartbeeld was destijds binnen katholieke kringen een populair beeld. Meestal ging het om een staande Christusfiguur met op de borst een brandend hart. Christus wijst zelf naar zijn hart of staat, zoals het bij de OLV Hemelvaartkerk, met opgeheven handen. Dat Brom werkzaam was in de edelsmid- en sierkunst valt goed af te lezen aan de manier waarop hij de Christusfiguur heeft vormgegeven. Geheel in lijn met de Art Deco-stijl uit die tijd: strakke, gestileerde hoofdvormen met een gladde afwerking. Het brons is daarbij uitermate donker, bijna zwart.