Tekst

Ooit stond deze prachtig gestileerde dolfijn bovenop villa ‘De Dolphijn’ aan de chique Badhuisweg. Dit pand op nummer 141 was tussen 1901 en 1904 gebouwd door de later (regionaal) bekend geworden architect S. de Clercq en werktuigbouwkundige J.J.L. Bourdrez. Beeldhouwer Jan Altorf vervaardigde de markante sculptuur op het dak.

De dolfijn is bij uitstek een voorbeeld van wat wel bouwbeeldhouwkunst wordt genoemd, een kunstvorm die rond 1900 in zwang raakte. Weliswaar vormt het dier geen geheel met de architectuur, maar de manier waarop het uit het één blok steen is gehouwen, is vergelijkbaar met de werkwijze van kunstenaars als Hildo Krop (Amsterdamse School) en de iets oudere Lambertus Zijl. Geen enkel deel, zelfs de staart niet, steekt buiten het blok. Daardoor én door de sterke stilering oogt het decoratief. Dat er een dier is verbeeld is typerend voor Altorf. Dat geldt eveneens voor de nauwkeurige afwerking en het gebruik van afgeschuinde hoeken.

Maar hoe komt zo’n beeld voor een villa nu in het Zuiderpark terecht? In 1938 moest de villa wijken voor nieuwbouw: flat Dennehove kwam er voor in de plaats. Het beeld op het dak werd gekocht door de heer C.J. Driesschen. Hij was inspecteur van de Stichting Haagse Sport en Speelterreinen, vanaf 1947 de Stichting Lichamelijke Opvoeding. Deze man schonk in 1940 het beeld, samen met een bank, aan de stichting en liet beide plaatsen naast de vijver in het Zuiderpark bij het ADO-terrein.

In de jaren zeventig werd het terrein van de spartelvijver omgebouwd tot modelspoorbaan. Destijds kreeg de dolfijn een plaats bij de ingang. Tegenwoordig flankeert het dier de brug aan de Johanna Naberweg middenin het park.