Gegevens kunstwerk
Titel
Cremerbank
Jaar
1881
Materiaal
Baksteen, natuursteen, hout en metaal
Locatie kunstwerk
Adres
Duinweg, Den Haag
Stadsdeel
Scheveningen
GPS gegevens
52.099883815068, 4.2928688222595 Bekijk op plattegrond
Omschrijving kunstwerk
Tekst
Nog voor zijn dood gaf auteur en kunstschilder Jacob Cremer (1827-1880) te kennen dat hij het liefst geëerd zou willen worden met een bank in het groen. En zo geschiedde. Een jaar na zijn overlijden werd op 23 december 1881 de Cremerbank onthuld bij de waterpartij in de Scheveningse Bosjes aan de Duinweg.
Cremer was een gevierd schrijver. Succes had hij vooral met een nieuw literair genre, dat hij in navolging van andere Europese auteurs, in 1853 in Nederland introduceerde: de gedeeltelijk in dialect geschreven dorpsvertelling. Hij schreef talloze van deze idyllische, vaak moralistische novellen. De meeste waren gesitueerd in de Betuwe, later – in 1857 verhuisde hij naar Den Haag – ook in Scheveningen.
Cremer wordt aangemerkt als de eerste Nederlandse auteur die van zijn vak kon leven. Hij sloot gunstige overeenkomsten met uitgevers en zijn voordrachten waren lucratief. Maar Cremer was ook een sociaal betrokken mens. Opbrengsten van zijn voordrachten schonk hij vaak aan goede doelen. Bovendien pleitte hij vanaf 1863 voor afschaffing van kinderarbeid. Het zou nog tot 1874 duren voordat arbeid door kinderen beneden de twaalf met het ‘Kinderwetje van Van Houten’ verboden werd. Cremer bleef zijn hele leven tekenen en schilderen. Zo bezitten onder andere het Rijksmuseum in Amsterdam en het Nederlands Letterkundig Museum in Den Haag schilderijen van hem.
Zijn monument van bak- en natuursteen is ontworpen door H.P. Vogel. Ook het monument Saxen-Weimar is van deze architect. Vogel gaf jarenlang bouwkunde aan de Haagse Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Hij werkte in een neoclassicistische trant, geïnspireerd op de kunst en de architectuur van de Grieken en de Romeinen. Hoewel de pilaren van de Cremerbank geen ronde, maar een vierkante vorm hebben, herinneren ze aan die van antieke tempels. En de halfronde boog, de grondvorm van de bank, verwijst naar de amfitheaters uit de oudheid.