Gegevens kunstwerk

Titel

Binnenstadgoden

Kunstenaar

Ingrid Mol

Jaar

2014

Materiaal

Keramiek

Afmetingen

300 cm

Deelcollectie

Beeldengalerij

Locatie kunstwerk

Adres

Grote Marktstraat, Den Haag

Stadsdeel

Centrum

GPS gegevens

52.076864778258, 4.3131712615547 Bekijk op plattegrond

Omschrijving kunstwerk

Tekst

’s Avonds na sluitingstijd als de winkels dicht zijn en de straten uitgestorven, komt het centrum van Den Haag opnieuw tot leven. Dan zijn de warenhuizen, het stadhuis en de straten even het terrein van de Binnenstadgoden: Deatombax (god van het transport), Kobrak (god van de dieren) en collega’s dwalen samen rond. Zo gaat althans het verhaal van beeldend kunstenaar Ingrid Mol. Zij nodigde kinderen van groep zeven van zes basisscholen uit het centrum van Den Haag uit om één standbeeld te maken voor alle Binnenstadgoden.

Ingrid Mol geniet bekendheid met haar grote, kleurrijke en fantasievolle personages van keramiek. In 2004 deed zij bijvoorbeeld een project voor een basisschool in het Haagse Statenkwartier met beelden, een muurschildering en een stripboek (LINV 29 de expeditie naar de gulzige aardappelvelden). P. Struycken, initiator van de Beeldengalerij, vroeg haar dan ook om een sculptuur voor de Beeldengalerij speciaal voor kinderen te maken. Aspecten van de binnenstad (mode, geld, eten, communicatie, transport, amusement, dieren en kinderen) vertaalde Mol uiteindelijk in Binnenstadgoden. Een mooi verhaal om de fantasie van kinderen te prikkelen.

Tijdens een gastles op de scholen koos elk kind zijn favoriete god en probeerde die zo goed mogelijk te tekenen. Alle kindertekeningen nam Mol mee naar haar atelier. Daar selecteerde ze per god de meest tot de verbeelding sprekende. Voor sommige goden combineerde ze verschillende tekeningen: het hoofd van de een, het lijf van een ander. Daarna volgde een fase van heel veel kleine schetsen in klei. Om de houding en verhoudingen te bepalen. En dan was er nog het probleem van de sokkel. Normaal gesproken staan Mols beelden direct op de grond. Daarom wilde zij dat de gegeven sokkel een functie kreeg. Dat ging bijna vanzelf: de goden klauterden er gewoon allemaal bovenop. En op elkaar. Ze wilden wel een standbeeld van zichzelf.

Sluiten